De voorzitter opent de zitting op 17/05/2022 om 20:04.
De gemeenteraad dient telkens het verslag van de vorige vergadering goed te keuren.
Geen
Enig artikel: het notulenverslag van de gemeenteraad van 26 april 2022 wordt goedgekeurd.
Deze overname werd reeds principieel goedgekeurd bij de omgevingsvergunning in 2017.
De procedure in verband met verschillende beroepen is afgehandeld.
De goedkeuring, zijnde opname in openbaar domein, kan gebeuren.
Het voorgestelde project past binnen de doelstelling uit artikel 3 en 4 van het decreet Gemeentewegen.
Geen
Enig artikel: de overname van de parkeerzone De Reinelaan en opname in het openbaar domein zoals aangegeven op plan in bijlage wordt goedgekeurd.
De goedkeuring van de jaarrekening 2021 van de Kerkfabriek Sint-Gertrudis.
Goedkeuring van de kerkraad op 19 januari 2022.
Geen
Enig artikel: goedkeuring te verlenen aan de jaarrekening van de Kerkfabriek Sint-Gertrudis voor het dienstjaar 2021 met volgende eindcijfers:
A. Exploitatie
Ontvangsten |
55.115,39 |
Uitgaven |
34.926,66 |
Saldo exploitatie |
20.188,73 |
Financiering |
-16.258.17 |
Saldo exploitatie voor overboekingen |
3.930,56 |
Overboekingen |
-4.000,00 |
Exploitatieresultaat boekjaar |
-69,44 |
Overschot exploitatie N-1 |
59.802,61 |
Exploitatieoverschot |
59,733,17 |
Toelagen |
0,00 |
TOTAAL EXPLOITATIEOVERSCHOT |
59.733,17 |
B. Investeringen
Ontvangsten |
423.015,70 |
Uitgaven |
212.510,25 |
Saldo investeringen |
210.505,45 |
Financiering |
-201.418,05 |
Investeringen voor overboekingen |
9.087,40 |
Overboekingen |
4.000,00 |
Investeringen eigen fin. boekjaar |
13.087,40 |
Overschot exploitatie jaar N-1 |
-13.087,40 |
TOTAAL INVESTERINGSOVERSCHOT |
0,00 |
De goedkeuring van de jaarrekening 2021 van de Kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Smarten.
Goedkeuring kerkraad op 20 januari 2021.
Geen
Enig artikel: goedkeuring te verlenen aan de jaarrekening van de Kerkfabriek Onze-Lieve-Vrouw van Zeven Smarten voor het dienstjaar 2021 met volgende eindcijfers:
A. Exploitatie
Ontvangsten |
807,74 |
Uitgaven |
7.854,21 |
Saldo voor overboekingen |
-7.046,47 |
Overboekingen |
0,00 |
Exploitatie eigen fin. boekjaar |
-7.046,47 |
Overschot exploitatie jaar N-1 |
1.818,75 |
Overschot exploitatie voor toelage |
-5.227,72 |
Exploitatietoelage |
4.574,17 |
Overschot exploitatie |
-653,55 |
B. Investeringen
Ontvangsten |
2.100,00 |
Uitgaven |
0,00 |
Saldo voor overboekingen |
0,00 |
Overboekingen |
0,00 |
Overschot investering jaar N-1 |
-942,59 |
Investeringstoelage |
2.100,00 |
Overschot investeringen |
1.157,41 |
Sinds enkele jaren kent ons lokaal bestuur het belastingreglement op bewaarplaatsen voor motorvoertuigen.
Dit reglement werd al enkele keren aangepast om de wettelijkheid ervan te garanderen.
Het reglement was reeds aanleiding voor verschillende rechtszaken (en dus juridische kosten), grote openstaande vorderingen en dus uiteindelijk weinig inkomsten voor het lokaal bestuur.
Tevens worden wij geconfronteerd met faillissementen in de sector van de belastingplichtigen.
Om verdere procedures en juridische kosten te vermijden, stellen we voor om het belastingreglement op bewaarplaatsen op te heffen vanaf 1 januari 2021.
Opheffing vanaf dit budgettair/boekjaar.
In het huidige meerjarenplan waren volgende inkomsten voorzien uit het belastingreglement op bewaarplaatsen:
2021: € 150.000
2022: € 150.000
2023: € 150.000
2024: € 100.000
2025: € 50.000
Budgettair heeft dit in dit meerjarenplan dus een negatieve impact in het MJP.
Dit wordt mee opgenomen in de aanpassing van het MJP.
Maar gezien de kans zeer klein zou zijn dat we die bedragen ook effectief zouden kunnen innen, zal de werkelijke (liquiditeits-)impact, zichtbaar in de rekeningen van betrokken dienstjaren, veel kleiner zijn.
Enig artikel: het belastingreglement op de bewaarplaatsen voor motorvoertuigen uitgebaat op het grondgebied van de gemeente - aanslagjaren 2021-2025 (aanpassing), goedgekeurd op de gemeenteraad van 16 december 2020 wordt opgeheven, en dit retroactief vanaf 1 januari 2021.
De financiële toestand van de gemeente.
De grote economische activiteit op het grondgebied van de gemeente en het feit dat hiervoor de gemeentelijke administratie, afvalintercommunale, brandweer- en politiediensten dienen aangepast te worden en dat dit kosten met zich meebrengt.
Aanpassing ten gevolg van opheffing belastingreglement bewaarplaatsen voertuigen.
We passen dit belastingreglement aan ten gevolge van het opheffen van het belastingreglement bewaarplaatsen vanaf 1 januari 2021.
De uitzondering die voorzien is in het belastingreglement economische bedrijvigheid voor bedrijven die vallen onder het belastingreglement bewaarplaatsen is anders zonder voorwerp.
Hiervoor schrappen we de passage 'De oppervlakte die belast wordt volgens het reglement belasting op bewaarplaatsen voor voertuigen uitgebaat op grondgebied van de gemeente.' in Artikel 2 §2.
In het MJP '21-'25 is voor dit reglement bij ontvangsten een raming opgenomen van 1.045.000 euro per jaar.
Artikel 1 - Toepassingsgebied:
§1. Voor de dienstjaren 2022 tot en met 2025 wordt een jaarlijkse belasting op economische bedrijvigheid geheven.
§2. Onder economische bedrijvigheid of activiteit wordt verstaan:
1. Elke activiteit die enkel kan uitgeoefend worden als de betrokken individuele persoon of rechtspersoon, ongeacht de rechtspersoonlijkheid, voldoet aan één of meer van de volgende voorwaarden: ingeschreven zijn in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder een adres op het grondgebied van Machelen/Diegem.
2. Gevestigd zijn op het grondgebied Machelen/Diegem.
3. De winstgevende aard van de verrichting of het beheer van roerende en/of onroerende goederen die plaatsvindt op het grondgebied Machelen/Diegem beschikken over een milieuvergunning van de gemeente Machelen met betrekking tot een onroerend goed of activiteit op het grondgebied van Machelen/Diegem.
§3. De belastingplichtige:
De belasting wordt gevestigd ten laste van de natuurlijke personen of rechtspersonen, die op 1 januari van het aanslagjaar hun maatschappelijke zetel of een vestiging op het grondgebied van de gemeente hebben of een economische activiteit uitoefenen op het grondgebied van de gemeente.
Indien de economische activiteit zich slechts gedurende een bepaalde periode van het aanslagjaar voordoet en niet kan worden vastgesteld op 01 januari is deze activiteit evenwel eveneens belastingplichtig.
§4. De belasting is ondeelbaar en voor het hele jaar verschuldigd voor alle belastingplichtigen.
Het feit dat in de loop van het aanslagjaar een natuurlijke persoon zijn/haar hoedanigheid van zelfstandige beëindigt, een vennootschap ophoudt te bestaan, de werkzaamheden met een geringe frequentie worden uitgevoerd, de belastbare oppervlakte vermindert en/of een belastbare vestiging wordt gesloten, heeft geen invloed op de belastingplicht en geeft geen aanleiding tot enige belastingvermindering.
lndien bewezen wordt dat een natuurlijke persoon zijn/haar hoedanigheid van zelfstandige uiterlijk op 1 januari van het aanslagjaar volledig en definitief beëindigde of indien bewezen wordt dat een vennootschap uiterlijk op 1 januari van het aanslagjaar volledig en definitief ophield te bestaan, gaat de hoedanigheid van belastingplichtige verloren.
Artikel 2 – Vrijstellingen:
§1. Rechtspersonen of natuurlijke personen vrijgesteld van deze belasting:
de openbare dienst van de federale staat, de gewesten, gemeenschappen, gemeenten en publiekrechtelijke instellingen, beschutte werkplaatsen, onderwijsinstellingen en zorginstellingen (ziekenhuizen, rusthuizen, gehandicapteninstellingen, kinderdagverblijven,...) de verenigingen actief in de gemeente op socio-cultureel, jeugd- en sportvlak.
§2. Oppervlakte reeds belast via onderstaande belastingen zijn vrijgesteld van deze belasting:
De oppervlakte die belast wordt in het kader van het reglement verblijfsbelasting en een direct verband heeft met het ter beschikking stellen van overnachtingen of logement aan zijn klant.
§3. Beperkte vrijstelling van deze belasting in tijd:
voor elke nieuwe vestiging wordt een vrijstelling toegekend gedurende de 2 eerste aanslagjaren.
Worden als nieuwe vestiging beschouwd:
Elke vestiging waarvan de uitbating op het grondgebied van Machelen/Diegem aangevangen wordt door een rechtspersoon of natuurlijk persoon die voorheen onbestaande was op het grondgebied, dit wil zeggen, die niet is ontstaan door wijziging, samenvoeging of splitsing van de vroegere uitbater.
Elke vestiging waarvan de uitbating op het grondgebied van Machelen/Diegem nieuw aangevangen wordt en geen verhuizing of verplaatsing betreft binnen het eigen grondgebied.
Deze vrijstelling kan slechts éénmalig toegekend worden.
De rechtspersoon of natuurlijke persoon doet hiervoor een aanvraag bij het gemeentebestuur en levert het bewijs aan hand van zijn inschrijving in de Kruispuntbank van Ondernemingen.
Artikel 3 - Berekeningsgrondslag:
§1. Elke belastingplichtige wordt geacht over minstens 1 belastbare vestiging te beschikken.
Een maatschappelijke zetel wordt steeds beschouwd als een vestiging.
Eén vestiging kan voor verschillende belastingplichtigen tegelijkertijd ter beschikking zijn.
§2. De belasting is verschuldigd per vestiging die door de belastingplichtige gebruikt wordt, tot zijn gebruik wordt voorbehouden of bijdraagt tot de realisatie van de beroeps- of bedrijfsdoeleinden.
Per vestiging betekent per bedrijfsruimte, lokaliteit of deel ervan, onder gelijk welke vorm en die individueel of gemeenschappelijk worden gebruikt of gebruikt kunnen worden.
Een belastingplichtige van wie de beroeps- of bedrijfsdoeleinden uitsluitend een ambulant karakter hebben, heeft een belastbare vestiging op het adres van zijn/haar in de gemeente Machelen gelegen verblijfplaats (waar in het kader van de beroeps- of bedrijfsdoeleinden de opslag van goederen of materiaal, de voorbereiding, de planning, de organisatie, de administratieve ondersteuning of het beheer in de ruimste zin gebeuren of kunnen gebeuren).
§3. Onder “gebruik” moet elke vorm van gebruik worden verstaan die mogelijk kan bijdragen aan de economische bedrijvigheid: handelshuizen, winkels, magazijnen, garages, loodsen, stapelhuizen, kantoren, fabrieken, werkhuizen, werkplaatsen, terreinen, met inbegrip van onder meer het gebruik als (toegangs-) wegen, parking, plantsoen, grasstrook, groenzone, vijver, sportterrein, laad-, los- of stortplaats, opslagruimte, bufferzone.
Deze opsomming is niet limitatief.
§4. De belasting is gebaseerd op de bedrijfsoppervlakte op 01 januari van het aanslagjaar.
Indien de economische activiteit zich slechts gedurende een bepaalde periode van het aanslagjaar voordoet en dus niet kan vastgesteld worden op 01 januari is deze activiteit evenwel belastingplichtig.
De belasting wordt vastgesteld rekening houdend met de totale belastbare bebouwde en/of onbebouwde oppervlakte van het goed waarop de vestiging zich bevindt.
§5. De oppervlakte die gemeenschappelijk door meerdere belastingplichtigen gebruikt wordt of ter beschikking is, wordt in hoofde van iedere belastingplichtige belast pro rata van de door hem/haar gebruikte of ter beschikking zijnde gebouwen en ongebouwde oppervlakten.
Tenzij onderling anders bepaald, wordt voor het bepalen van de onbebouwde oppervlakte dezelfde verhouding van de individuele bebouwde oppervlakte t.o.v. de totale bebouwde oppervlakte genomen.
Onverdeelde oppervlakte wordt toegewezen aan de eigenaar van het onroerend goed.
§6. Omschrijving begrippen oppervlakte
Bebouwde oppervlakte:
Voor de vaststelling van de belastbare gebouwde oppervlakte wordt de oppervlakte gemeten van elke ondergrondse en bovengrondse bouwlaag met inbegrip van de buitenmuren, garages, berg- en opslagplaatsen, technische lokalen, waar deze zich ook bevinden, doch met uitsluiting van het gedeelte dat uitsluitend als woongelegenheid van de belastingplichtige of beoefenaar van het vrij beroep wordt gebruikt.
Als bebouwde oppervlakte worden beschouwd de oppervlakte van constructies en/of installaties die door hun aard op duurzame en gebruikelijke wijze ter plaatse blijven staan (zoals tankstations en overdekte constructies maar met uitzondering van loskaaien).
Bouwlaag: het gedeelte van een bouwwerk tussen twee vloeren in.
De kelder en de zolder vormen elk een afzonderlijke bouwlaag wanneer zij toegankelijk zijn voor normaal gebruik.
Een kruipzolder en kruipkelder worden aldus buiten beschouwing gelaten.
Bij een bouwwerk is de bouwlaag de verdieping waarmee een bouwwerk wordt verhoogd.
Mezzanine of een platform worden beschouwd als een tussenvloer tussen 2 bouwlagen en worden niet als afzonderlijk bouwlaag toegerekend.
De bouwlaag waarbij een deel van de vloer werd weggelaten om een open ruimte te creëren blijft als afzonderlijke bouwlaag beschouwd.
Onbebouwde oppervlakte:
Voor de vaststelling van de belastbare onbebouwde oppervlakte wordt de oppervlakte gemeten van de onbebouwde gronden die een bestemming kregen of kunnen krijgen voor de bedrijfsactiviteit van de zelfstandige of de vennootschap.
Deze gronden omvatten parkings, wegenis, laad-, los- of stortplaatsen, opslag- of overslagruimte, onbebouwde en braakliggende delen van industriegronden… (niet limitatieve opsomming).
Deze gronden omvatten niet de onderhouden groene zones (plantsoenen, grasstroken, …), de ruimte voorzien voor fietsstallingen of voorzieningen voor waterbuffering tenzij deze bijdragen tot de realisatie van de beroeps- of bedrijfsdoeleinden.
Artikel 4 – Tarieven:
§1. De belasting wordt gevestigd per bedrijfsvestiging volgens volgende principes:
A. Er wordt onderscheid gemaakt in klasse van hinderlijkheid volgens volgende categorieën:
1. bedrijven zonder klasse van hinderlijkheid
2. hinderlijke bedrijven van de derde klasse
3. hinderlijke bedrijven van de tweede klasse
4. hinderlijke bedrijven van de eerste klasse.
B. De belastingaanslag wordt gevestigd per m² bedrijfsoppervlakte die gebruikt wordt voor de bedrijfsactiviteit, er wordt onderscheid gemaakt tussen onbebouwde en bebouwde oppervlakte.
§2. Binnen elke categorie is een minimum en globaal 1 maximale aanslag van toepassing.
§3. Basistarieven
1. Bedrijven zonder klasse van hinderlijkheid vrijstelling tot 100 m²
Minimale aanslag > 100 m² 75 euro forfaitair
Bebouwde oppervlakte 0,60 euro per m²
Onbebouwde oppervlakte 0,15 euro per m²
2. Hinderlijk bedrijf van de derde klasse
Minimale aanslag 150 euro forfaitair
Bebouwde oppervlakte 0,75 euro per m²
Onbebouwde oppervlakte 0,30 euro per m²
3. Hinderlijk bedrijf van de tweede klasse
Minimale aanslag 300 euro forfaitair
Bebouwde oppervlakte 0,95 euro per m²
Onbebouwde oppervlakte 0,35 euro per m²
4. Hinderlijk bedrijf van de eerste klasse
Minimale aanslag 500 euro forfaitair
Bebouwde oppervlakte 1,50 euro per m²
Onbebouwde oppervlakte 0, 50 euro per m²
Maximaal tarief 100.000 euro forfaitair
Artikel 5 - Aangifteverplichtingen:
§1. Elke belastingplichtige moet jaarlijks uiterlijk op 30 juni van het lopende belastingjaar bij het gemeentebestuur aangifte doen met opgave van de belastbare oppervlakte, per afzonderlijke vestiging, van de in voorgaande artikels bedoelde elementen.
Voor die activiteiten die zich slechts gedurende een deel van het jaar voordoen en aldus niet kunnen worden vastgesteld op 1 januari, is de belastingplichtige verplicht aangifte te doen uiterlijk 30 kalenderdagen nadat deze economische activiteit een aanvang neemt.
Het aangifteformulier wordt ter beschikking gesteld via de gemeentelijke website of kan worden bezorgd op vraag van het bedrijf.
§2. Een belastingplichtige is vrijgesteld van de voorgeschreven aangifteplicht voor de vestiging(en) waarvoor hij/zij in de loop van het belastingjaar van de dienst financiën een voorstel van aangifte ontving.
De jaarlijkse automatische aangifte of “voorstel tot aangifte” wordt ingevoerd wanneer alle aangiftegegevens voor een vestiging éénduidig gekend zijn door de dienst financiën.
Wanneer de gegevens op dit voorstel niet overeenstemmen met de actuele belastbare toestand op 1 januari van het aanslagjaar, dient de belastingplichtige binnen de 30 kalenderdagen het voorstel verbeterd en vervolledigd terug te bezorgen naar de dienst financiën.
Als de gegevens op dit voorstel volledig overeenstemmen met de belastbare toestand op 1 januari van het aanslagjaar, is de belastingplichtige niet verplicht dit formulier terug te sturen.
Een definitieve aanslag wordt opgemaakt door de dienst Financiën op basis van de al dan niet gecorrigeerde gegevens.
§3. Voor elke vestiging waarvoor een belastingplichtige geen aangifteformulier of voorstel van aangifte heeft ontvangen is hij/zij verplicht, uiterlijk op 30 juni van het aanslagjaar, aan de financiële dienst de voor aanslag noodzakelijke gegevens ter beschikking te stellen, eventueel op het formulier dat daartoe op verzoek zal worden toegezonden.
§4. De belastingplichtige moet binnen de maand uit eigen beweging aangifte doen bij de dienst financiën, vergezeld van de nodige bewijsstukken, in volgende gevallen:
- elke nieuwe of bijkomende vestiging op het grondgebied van de gemeente Machelen
- elke wijziging van de beschikbare oppervlakte, elke verwerving of vervreemding van onroerend goed gelegen op het grondgebied van de gemeente Machelen
- elke verandering in uitbating
- elke toekenning en wijziging aan zijn milieuvergunning inzake indeling van de klasse de definitieve stopzetting van het bedrijf in de gemeente Machelen
- elke economische activiteit die zich slechts gedurende een welbepaalde periode van het aanslagjaar voordoet
§5. Aangiften en meldingen kunnen gebeuren per post of per mail naar financien@machelen.be
Artikel 6 - Ambtshalve vaststelling:
§1. Bij gebreke van een aangifte of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte door de belastingplichtige zal het gemeentebestuur overgaan tot een ambtshalve vaststelling, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, wordt de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, op de hoogte gesteld van de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen te rekenen van de 3de werkdag volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.
§2. Indien de noodzakelijke gegevens om de aanslag te vestigen éénduidig kunnen worden vastgesteld door het gemeentebestuur, wordt de belasting ambtshalve verhoogd met een factor 1,5 voor een eerste overtreding.
Voor een volgende overtreding zal een dubbele aanslag toegepast worden.
§3. Indien er geen vaststelling mogelijk is van de belastbare basis door toedoen van de belastingplichtige, wordt de ambtshalve belasting bepaald volgens het maximale tarief en verhoogd met een factor 2.
§4. De bevoegde gemeentebeambten zijn gemachtigd om elk bedrog of elke overtreding in verband met deze verordening vast te stellen. De belastingplichtigen zijn ertoe gehouden deze vaststellingen te laten uitvoeren en eventueel te vergemakkelijken.
Artikel 7 – Invordering van de belasting:
§1. De vestiging en invordering van de belasting terzake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie-en gemeentebelastingen en latere aanvullingen.
§2. De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld wordt en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.
§3. De belasting moet betaald worden binnen de 2 maanden na verzending van het aanslagbiljet.
Artikel 8 – Bezwaarprocedure:
§1. De regeling van de geschillen terzake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie-en gemeentebelastingen en latere aanvullingen.
§2. De belastingschuldige of zijn volmachthouder kan bezwaar indienen tegen deze belasting en de administratieve geldboetes voorzien in dit reglement bij het college van burgemeester en schepenen.
§3. Het bezwaar moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk worden ingediend en worden gemotiveerd.
De indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van 3 maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag.
Artikel 9: deze verordening wordt bekendgemaakt via de gemeentelijke website, wordt opgenomen in de besluitenlijst en aangetekend in het gemeentelijk register inzake belastingreglementen en retributiereglementen.
Zwerfvuil en sluikstorten zijn al jaren een doorn in het oog van elke Vlaming.
Bovendien zijn dit grote ecologische en maatschappelijke problemen die veel geld kosten aan de maatschappij.
Op Vlaams niveau wordt een geïntegreerd beleid gevoerd in samenwerking met alle betrokken stakeholders om de hoeveelheid zwerfvuil te verminderen met 20% ten opzichte van 2015.
De resultaten van 2019 tonen aan dat een tandje moet worden bijgestoken om deze doelstelling alsnog te halen.
OVAM startte in 2021 een project op ter ondersteuning van de lokale besturen in de strijd tegen zwerfvuil.
Ze bieden gratis handhavers aan die zich zullen bezighouden met het controleren op zwerfvuil. De looptijd van het project is van midden 2021 tot midden 2024.
In samenspraak met de lokale besturen wil OVAM inzetten op handhaving van zwerfvuil via de GAS-reglementering.
Ze bieden gratis handhavers aan die zich zullen bezighouden met het controleren op zwerfvuil. Intussen zijn er al 10 handhavers opgeleid.
De looptijd van het project is van midden 2021 tot midden 2024.
De handhavers zwerfvuil zullen werken als GAS-vaststellers in samenwerking met de lokale besturen en op basis van de lokale politiereglementen. De lokale besturen kunnen gratis een beroep doen op een deel of geheel van het team handhavers zwerfvuil ter ondersteuning van een handhavingsactie inzake zwerfvuil.
De hoofdfocus van de controleurs ligt op handhaving zwerfvuil, betrapping op heterdaad. De bedoeling is om handhavend op te treden via GAS en niet sensibiliserend. Bij vaststelling van een overtreding wordt een bestuurlijk verslag opgemaakt, er wordt niet gewerkt met waarschuwingen. Dit in combinatie met integrale aanpak door de gemeente: communicatie, infrastructuur, omgeving, meting, … De handhavers zwerfvuil worden niet ingezet voor controles op sluikstorten of andere afvalovertredingen.
De zwerfvuilhandhavers zijn ook in het weekend en ’s avonds inzetbaar. De lokale besturen kunnen een beroep doen op een deel of geheel van het team ter ondersteuning van een handhavingsactie inzake zwerfvuil op hun grondgebied. In overleg met de lokale besturen kan er een aanpak op maat afgesproken worden. Dit in overleg en in samenwerking met de lokale GAS-vaststellers, de GAS-sanctioneringsambtenaar, de milieudienst en de lokale politie. Er is geen verplichting tot een minimum aantal dagen of vaste momenten. Ook een éénmalig evenement (jaarmarkt, kermis, sportmanifestatie) kan in aanmerking komen.
Geen
Artikel 1: de heren Remco Van Ransbeeck, Marc Dejaegere, Ronny Moors, Jelle Cambré, Jan Lefevre, Stefan Bonhomme, Bram Jordens, Mark Deneyer, Killian Van Herbruggen en mevrouw Sonja Wygers worden aangesteld als gewestelijk vaststeller voor de gemeentelijke administratieve sancties voor de gemeente Machelen voor de vaststelling van overtredingen op zwerfvuil - Artikels 2.1.1. en 2.1.3 Algemene politieverordening Vilvoorde-Machelen van 16 maart 2021.
Artikel 2: deze aanstelling geldt tot einde looptijd van het driejarig proefproject van OVAM.
In uitvoering van de beslissing van de gemeenteraad van 19 oktober 2021 besliste de Vlaamse Regering op 4 februari tot vaststelling van het werkingsgebied Halle-Vilvoorde Oost, De Vlaamse regering volgde hiermee het advies van Machelen.
In de Vlaamse Codex 2021 werd vastgelegd dat gemeenten en ocmw's die in het werkingsgebied liggen van de woonmaatschappij en er aandeelhouder van zijn, altijd samen over meer dan 50% van het totale aantal stemrechten moet beschikken die verbonden zijn aan de aandelen.
De Vlaamse regering moet in elk geval rekening houden bij de verdeling van de stemrechten met volgende 2 objectieve criteria:
1. Verhouding tussen aantal sociale huurwoningen per gemeente
2. Verhouding tussen aantal huishoudens per gemeente
In de gemeenteraadsbeslissing van 19 oktober 2021 is in artikel 2 enkel rekening gehouden met de basis van het aantal huishoudens.
De Vlaamse regering vraagt, gezien bovenstaande 2 objectieve criteria, opnieuw advies aan de gemeenten.
Dit advies dient geformuleerd en aan de Vlaamse regering bezorgd te worden uiterlijk op 13 mei 2022.
Het door de gemeenteraad uitgebrachte advies, gebaseerd wat stemverdeling betreft, op 1 objectief criterium, voldoet niet aan de vormvereisten.
Het is aan het lokaal bestuur om dit advies bij te stellen.
De cijfers met betrekking tot de twee verplichte criteria zijn:
|
Aantal huishoudens (bron: statbel.fgov.be) |
Verhouding aantal huishoudens |
Aantal sociale woningen (bron: wonen vlaanderen) |
Verhouding aantal sociale woningen |
Machelen |
5.763 |
25,14% |
284 |
15,68% |
Vilvoorde |
17.160 |
74,86% |
1.527 |
84,32% |
Er wordt voorgesteld om een gewicht aan het eerste criterium te geven (aantal huishoudens) van 90% en 10% aan aantal sociale woningen. De bevolkingsgrootte van een gemeente is een doorslaggevende factor in het bepalen van de onderlinge stemverhouding van de partnerbesturen in de woonmaatschappij.
Berekening geeft dan:
(25,14%* 0.9)+ (15,68%*0.1) = 24,19% voor de gemeente Machelen.
In dit geval heeft Vilvoorde 75,81%.
Gezien het advies uiterlijk op 13 mei 2022 diende bezorgd te worden, heeft het college van burgemeester en schepenen de beslissing genomen en doorgestuurd, mits bekrachtiging door de gemeenteraad.
Geen
Artikel 1: de gemeenteraad bekrachtigt de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 3 mei 2022 inzake de stemrechten van de lokale besturen die deel uitmaken van het werkingsgebied Halle-Vilvoorde Oost in de algemene vergadering van de toekomstige woonmaatschappij, waarbij rekening houdend met de vernoemde criteria en het gewicht, de stemverhouding wordt bepaald op 24,19% voor de gemeente Machelen en 75,81% voor de stad Vilvoorde.
Artikel 2: deze beslissing wordt aan de provinciegouverneur bezorgd en aan de Vlaamse minister van wonen (woonmaatschappij@vmsw.be).
De gemeente Machelen is aangesloten bij de intergemeentelijk samenwerkingsverband Havicrem, opgericht op 10 juni 2003 en verlengd in haar bestaansduur tot 10 juni 2035.
De agenda van de gewone algemene vergadering van Havicrem IGV die zal gehouden worden op woensdag 15 juni 2022 om 18.45 uur op de maatschappelijke zetel van de vereniging, Erasmuslaan 50 te 1804 Eppegem (CARGOVIL) en volgende agendapunten omvat:
1. Goedkeuring notulen AV 15 december 2021
2. Werking 2021 in cijfers: overzicht
3. Jaarrekening 2021: goedkeuring
- Resultantenrekening en balans
- Verslag bedrijfsrevisor
- Verslag Raad van Bestuur
- Kwijting aan bestuurders en de bedrijfsrevisor
4. Benoeming mandaat commissaris (bj 2022-2024)
5. Benoeming nieuwe bestuurders
6. Varia
De voorstellen van de Raad van Bestuur van Havicrem van 12 april 2022.
Na beraadslaging en stemming.
Geen
Artikel 1: de agendapunten van de algemene vergadering van Havicrem IGV op 15 juni 2022 worden goedgekeurd.
Artikel 2: de vertegenwoordiger van de gemeente is gemandateerd om de agendapunten van de algemene vergadering van Havicrem IGV op 15 juni 2022 goed te keuren.
Artikel 3: het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Artikel 4: een afschrift van dit besluit wordt elektronisch verstuurd naar info@havicrem.be
De oproepingsbrief van 29 april 2022 van TMVW ov voor de algemene jaarvergadering op vrijdag 17 juni 2022 om 14.30 uur.
De gemeente Machelen is aangesloten bij TMVW ov.
Geen
Artikel 1: de gemeenteraad beslist goedkeuring te verlenen aan alle punten op de agenda van de algemene jaarvergadering TMVW ov van 17 juni 2022 en de daarbij behorende documentatie nodig voor het onderzoek van de agendapunten:
1. Wijzigingen in deelnemers en/of kapitaal
2. Actualisering van bijlagen 1 en 2 aan de statuten ingevolge wijzigingen in deelnemers en/of kapitaal
3. Verslag van de raad van bestuur over boekjaar 2021
4. Verslagen van de commissaris
5. a. Goedkeuring van de jaarrekening over boekjaar 2021 afgesloten per 31 december 2021
b. Goedkeuring van de geconsolideerde jaarrekening over boekjaar 2021 afgesloten per 31 december 2021
6. Kwijting aan de bestuurders en de commissaris
7. Actualisering presentievergoeding
8. Statutaire benoemingen
9. Aanstelling commissaris
Varia
Artikel 2: de gemeenteraad draagt de aangeduide vertegenwoordiger(s)/plaatsvervangend vertegenwoordiger op om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot de algemene jaarvergadering van TMVW ov vastgesteld op 17 juni 2022, te onderschrijven en haar/zijn (hun) stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunten met betrekking tot de agendapunten van voormelde buitengewone algemene vergadering.
Artikel 3: een afschrift van dit besluit zal per elektronische post 20220617AVTMVW@farys.be, gestuurd worden.
De voorzitter sluit de zitting op 17/05/2022 om 20:15.